Ruimte
Hoe zie je de ‘doorgaande lijn in verwonderen’ terug in wat wij doen?
PIJLER 2: Ruimte
Als je wilt dat kinderen zich verwonderen, dat ze zien hoe bijzonder iets is en zich daarover vragen gaan stellen, dan moet je ze daarvoor de ruimte geven. Als een kind zich verwondert, gaat het betrokkenheid voelen tot het onderwerp van zijn verwondering. Het is zonde om dit na een uurtje af te kappen en te zeggen ‘stop, want nu gaan we rekenen uit het boek, dat staat nu eenmaal in het rooster’. Er is op onze school dan ook heel wat ‘roostervrije’ tijd. Op basis van zelf geformuleerde onderzoeksvragen werken de kinderen aan hun projecten. De verwachtingen over het resultaat zijn met hen besproken. De weg er naartoe leggen ze af in hun eigen tempo, met veel eigen inbreng en initiatief over hoe ze daar komen.
Zelfstandigheid
Daarmee werken we aan zelfstandigheid. We spreken namelijk ook de verwachting uit dat kinderen zelfdiscipline laten zien in situaties zonder duidelijk leiderschap en dan zelf beslissingen nemen. We gooien kinderen niet in het diepe. Afhankelijk van de fase in hun ontwikkeling krijgen ze meer of minder richtlijnen en meer of minder structuur, altijd nadat ze hebben geleerd hoe ze zelf structuur en prioriteiten kunnen aanbrengen. We bevragen ze bovendien op de kwaliteit van hun werk: wat verwachten ze zelf van die kwaliteit?
Groepsdoorbrekend werken
We werken op De Brug vaak groepsdoorbrekend. Jong en oud leren van en met elkaar. Ook dat geeft ruimte. Door met schoolbrede thema’s te werken, blijven we op de inhoud met elkaar verbonden.
Respect
Bij ruimte hoort ook respect. Op school maken we samen afspraken en komen die na. Je maakt geen misbruik van de ruimte. Je laat de ander altijd in zijn waarde. Als een ander iets voor jou doet, toon je jouw waardering.